Cammock, Raymond John

Raymond John Cammock 
werd geboren op 4 juli 1923 in Canterbury, Christchurch, New Zeeland. Hij was de zoon van David John Cammock en Bertha Agnes Ellis. Raymond had een zus, Nita Irene. 
Na zijn lagere school ging Raymond naar het Papunui Technical College. Hij speelde in het eerste hockey elftal van zijn school en tenniste. Na zijn schooltijd had hij enkele maanden verschillende baantjes tot hij uiteindelijk werd aangenomen bij het Government Tourist Bureau in Chirstchurch. Hier was hij nog steeds werkzaam toen hij zich op 5 augustus 1940 aanmeldde bij de luchtmacht.

Photo: familie Cammock

Nadat hij de leeftijd van 18 jaar had bereikt kwam Raymond Cammock op 17 augustus 1941 in dienst en kreeg hij in Nieuw Zeeland zijn basis en vervolg opleiding in Harwood en Wigram. Hier behaalde hij uiteindelijk zijn flying badge en promoveerde hij tot sergeant. 
Op 7 februari 1942 vertrok hij naar het Verenigd Koninkrijk. Vanuit het ontvangstcentrum in  Bournemouth werd hij gestationeerd in Calveley, in het graafschap Cheshire, waar hij werd getraind in Miles Master (een tweezitter),  en Hurricane vliegtuigen. In Rednal, Shropshire en later in Montford Bridge voltooide John zijn opleiding als Spitfire piloot. 
Tijdens zijn stationering in het Engeland trouwde Raymond met Cathy Cammock uit Barrowford, Lancashire, England. Samen kregen zij een zoon, Frank.

Photo: familie Cammock

Cammock vloog voor het 485ste  en 253ste Squadron onder andere in het Middellandse Zeegebied en Noord Afrika.
Hij kreeg in oktober 1943 de rang van Pilot Officer en op 27 april 1944 werd hij bevorderd tot Flying Officer. In april 1944 maakte hij de overstap naar het No. 486 (NZ) Squadron.
Raymond Cammock nam deel aan meer dan 200 operaties en vernietigde 21 V1’s - of Vergeltungswaffen zoals de Duitsers deze vliegende bommen noemden. Voor deze uitzonderlijke presaties werd hem  postuum de Distinguished Flying Cross toegekend, een Engelse hoge onderscheiding voor daden die getuigen van moed en doorzettingsvermogen tijdens gevechtsvluchten.

In de vroege ochtend van vrijdag 6 oktober 1944 vertrokken om 07:00 uur acht Harvard Tempest V - jachtvliegtuigen van het vliegveld Volkel (B80). Een van de kisten droeg het nummer JN863 en werd gevlogen door Raymond Cammock. De vlucht stond onder leiding van Squadron Leader James Henry (Johnny) Iremonger. Doel van de vlucht was een “armed reconnaissance”, wat er in de praktijk op neer kwam dat op alles geschoten werd wat zich maar enigszins verdacht bewoog. 
De vlucht werd uitgevoerd over het gebied ten Noord Oosten van Arnhem. Er werden die ochtend drie doelen aangevallen waarbij een twintigtal vrachtwagens en een munitietrein het moesten ontgelden. In het vluchtrapport van het squadron is te lezen dat de aanvallen succesvol verliepen en dat de voertuigen en de trein brandend werden achtergelaten met vernielde motoren.

De plaats van de crash, weergegeven op kaart "3803 Zutphen" uit1944 (klik om te vergroten)

De betreffende munitietrein reed op het spoor van Zutphen naar Hengelo, en bevond zich iets ten oosten van het dorp Eefde. Maar, hoewel de aanval op de trein succesvol was, sloeg hierbij voor Flying Officer Cammock het noodlot toe. Zijn vliegtuig werd getroffen door afweergeschut uit de omgeving en vatte hierbij vlam.
Het brandende toestel stortte neer en boorde zich na een kamikazevlucht in het laatste gedeelte van de trein wat resulteerde in een enorme explosie. Raymond Cammock kwam hierbij om het leven. Hij werd door arbeiders tijdelijk begraven naast het spoor en kreeg op 12 september 1946 zijn definitieve rustplaats op de algemene begraafplaats in Lochem, Rij 1, graf 6.

Tachtig jaar later werden bij werkzaamheden aan het spoor resten teruggevonden van het vliegtuig en de trein. Ook vond men een gedeelte van het polshorloge van Cammock terug, waarmee definitief kwam vast te staan dat Cammock op deze plaats was gesneuveld. 

In 2022 werd in het bijzijn van familieleden, die voor deze gelegenheid overkwamen uit Nieuw Zeeland, een spoorwegtunneltje geopend, 600 meter van de plek waar het toestel op 6 oktober 1944 was neergekomen. Als eerbetoon aan de man die voor onze vrijheid heeft gestreden en hiervoor het ultieme offer heeft gebracht, kreeg de tunnel de naam van Raymond John Cammock. 
Een ware held die slecht 21 jaar mocht worden.


Een informatiebord bij de spoorwegovergang herinnert aan de heldendaad van Cammock, Inzet: de ingang van de tunnel  die de naam van Cammock draagt. (foto: Harm Kuijper)

De achterneef van R.C. Cammock, Richard O'Dea (r), en zijn vrouw Carolyn bezochten het oorlogsgraf in Lochem. foto: Berry Swarthoff